Van: "Remmerswaal Accountants & Adviseurs" <info@remmerswaal.nl>
Aan: "Jan Scherpenisse - Remmerswaal Accountants & Adviseurs" <scherpenisse@remmerswaal.nl>
Datum: 18-10-2018 16:52:38
Onderwerp: Nieuwsbrief Remmerswaal Accountants & Adviseurs - 2018-10-18

Remmerswaal
donderdag, 18 oktober 2018
Geachte relatie,

Met deze mail ontvangt u een nieuwe uitgave van onze digitale nieuwsbrief, de editie van de maand oktober.

Wij willen u hiermee informeren over mogelijk voor u van belang zijnde actualiteiten en ontwikkelingen. Mocht u meer informatie over een of meerdere onderwerpen willen ontvangen en/of een vraag over een specifiek artikel hebben, dan kunt u natuurlijk altijd contact opnemen met uw Remmerswaal-adviseur. U kunt nog meer nieuwsitems vinden op onze site www.remmerswaal.nl. Daar treft u ook algemene informatie over onze organisatie aan.

Wij wensen u veel leesplezier.

Deze nieuwsbrief bevat de volgende items:


Planning Financiën voor restant 2018
Behandelschema Belastingplan 2019
Jachtkosten niet zakelijk
Hoe lang mag inspecteur wachten met opvragen bewijsstukken?
Betaling zwart loon impliceert geen zwarte omzet
Forfaitaire rendementen en heffingvrij vermogen 2019
Geen uitzondering op verhoging laag tarief btw
Verkoop certificaten tegen lage prijs geen schenking
Aanpassing subsidie rijksmonumenten
 
Planning Financiën voor restant 2018Algemeen

 

De minister van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer de planning voor de laatste maanden van 2018 gegeven. Het gaat om wetsvoorstellen, brieven en rapportages die de staatssecretaris en de minister van plan zijn naar de Kamer te sturen.

Naast verwachte zaken als de wetsvoorstellen die gezamenlijk het Belastingplan 2019 vormen gaat het onder meer om de kabinetsreactie over belastingheffing in box 3 op basis van werkelijk rendement in september, een evaluatie van de middelingsregeling in de inkomstenbelasting in oktober, een brief over de deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA) en een rapportage over de herziening van de rulingpraktijk in november. Voor december vermeldt de planning een evaluatie van regelingen in de overdrachtsbelasting en een brief over de uitkomsten van het onderzoek van de commissie van deskundigen naar het gebruik van het BSN in het btw-identificatienummer.

 
Behandelschema Belastingplan 2019Belastingplan

 

Naar aanleiding van het bericht dat Unilever het hoofdkantoor niet naar Nederland verplaatst, heeft het kabinet besloten de afschaffing van de dividendbelasting te heroverwegen. Naar verwachting zal het wetsvoorstel worden ingetrokken. Aan de Tweede Kamer is het verzoek gedaan om de behandeling van het wetsvoorstel Wet bronbelasting 2020 aan te houden. De staatssecretaris van Financiën schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat de andere wetsvoorstellen die samen het Belastingplan 2019 vormen volgens het eerder besproken schema in behandeling kunnen worden genomen.

De uitkomst van de heroverweging van de afschaffing van de dividendbelasting wordt op korte termijn doorgegeven aan de Kamer. De staatssecretaris vindt het wenselijk dat de Kamer over het hele pakket aan voorgestelde maatregelen in hun onderlinge samenhang een besluit neemt. Wanneer de afschaffing van de dividendbelasting niet doorgaat, zullen andere wetsvoorstellen van het Belastingplan waarschijnlijk worden aangepast.

 
Jachtkosten niet zakelijkOndernemingswinst

 

Zakelijke kosten komen ten laste van het resultaat van een onderneming. Op de ondernemer rust de bewijslast voor de zakelijkheid van kosten. Slaagt de ondernemer er niet in om aannemelijk te maken dat bepaalde uitgaven zakelijk zijn, dan komen zij niet ten laste van de winst. Problemen doen zich op dat vlak nogal eens voor bij kosten van relatiebeheer of promotionele kosten, zeker wanneer geld wordt besteed aan activiteiten die in de persoonlijke interessesfeer van de ondernemer liggen. Dergelijke kosten zijn niet per definitie onzakelijk, maar er moet wel rekening gehouden worden met het privé-aspect.

Een bv wilde een bedrag van ruim € 26.000 aan kosten van jachtpartijen ten laste van haar resultaat brengen. De bv had geen zakelijke belangen bij de jacht, als onderneming exploiteerde de bv een coffeeshop. Wel was de dga van de bv een fervent jager. De Belastingdienst heeft de jachtkosten gecorrigeerd. De bv slaagde er in de procedure voor de rechtbank en het hof niet in om aannemelijk te maken dat de jachtkosten zijn gemaakt ten behoeve van de onderneming. De kosten waren niet zakelijk en kwamen daarom niet in aftrek.

 
Hoe lang mag inspecteur wachten met opvragen bewijsstukken?Inkomstenbelasting

 

De betaalde rente over de eigenwoningschuld is aftrekbaar in box 1 van de inkomstenbelasting. De eigenwoningschuld omvat alle schulden die zijn aangegaan voor de aankoop van de eigen woning verminderd met het bedrag van de eigenwoningreserve. De eigenwoningschuld wordt verhoogd met de schulden die zijn aangegaan voor verbetering of onderhoud van de woning. De eigenaar van de woning moet de kosten van verbetering en onderhoud kunnen bewijzen met schriftelijke stukken. Zonder bewijzen mag de inspecteur de aftrek van rente weigeren.

De vraag in een procedure was tot wanneer de inspecteur mag vragen om bewijzen van een verbouwing. De inspecteur had in 2013 gevraagd om schriftelijke bescheiden die betrekking hadden op kosten van een verbouwing die in 2007 had plaatsgevonden. Dat gebeurde bij de behandeling van de aangifte inkomstenbelasting over 2010. De aangiften van de jaren 2007 tot en met 2009 waren steeds zonder correctie in verband met de verhoging van de hypothecaire schuld gevolgd. Ook de aanslagen over 2013, 2014 en 2015 werden opgelegd conform de aangiften op basis van de hypotheekschuld inclusief de verhoging van 2007.

Volgens Hof Den Bosch komt er een moment waarop de inspecteur niet meer om bewijs mag vragen omdat hij daar te lang mee heeft gewacht. Het hof baseert dat op een conclusie van de A-G voor een arrest van de Hoge Raad uit 2007. Hoewel van een belastingplichtige zorgvuldigheid mag worden gevraagd bij het bewaren van bewijsstukken voor door hem geclaimde aftrekposten, bestaat er in de privésfeer geen bewaarplicht, zoals deze voor ondernemers geldt. De A-G meent dat na het verstrijken van de navorderingstermijn over het jaar waarin de verbetering of het onderhoud van de eigen woning heeft plaatsgevonden, het recht om bewijs te vragen vervalt. Het hof heeft zich bij dit standpunt aangesloten. Omdat navordering over 2007 niet meer mogelijk was in 2013, mocht de inspecteur niet vragen naar bewijsstukken die betrekking hadden op zaken die in dat jaar hebben plaatsgevonden.

 
Betaling zwart loon impliceert geen zwarte omzetInkomstenbelasting

 

Wanneer de Belastingdienst vaststelt dat een bedrijf zwarte lonen uitbetaald, leidt dat tot het opleggen van naheffingsaanslagen loonheffingen en boetes. De constatering van zwarte lonen hangt vaak samen met niet verantwoorde omzet. Is dat het geval, dan volgen er naheffingsaanslagen omzetbelasting en navorderingsaanslagen inkomsten- of vennootschapsbelasting en nog meer boetes. Dat zwarte lonen samenhangen met zwarte omzet is echter geen automatisme. De niet in de loonadministratie verwerkte lonen kunnen als een andere kostenpost in de administratie zijn verwerkt. Net als voor de betaling van zwarte lonen ligt de bewijslast voor zwarte omzet bij de Belastingdienst. Die slaagt er niet altijd in om naast zwarte lonen ook zwarte omzet aannemelijk te maken.

Naar aanleiding van ontvangen informatie stelde de Belastingdienst een onderzoek in naar de aanvaardbaarheid van aangiften vennootschapsbelasting, omzetbelasting en loonheffingen bij enkele vennootschappen. Daaruit bleek dat in de jaren 2007 tot en met 2009 zwarte lonen zijn betaald. Aan de vennootschappen zijn naheffingsaanslagen loonheffingen opgelegd. Volgens de inspecteur betekende de constatering van zwarte lonen dat de vennootschappen zwarte omzet moeten hebben behaald en dat de behaalde winst als verkapte uitdeling aan de dga ten goede is gekomen. Daarom legde de inspecteur een navorderingsaanslag inkomstenbelasting over het jaar 2007 op, waarin de uitdeling als inkomen uit aanmerkelijk belang is opgenomen. Aan de vennootschappen werden naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd ter correctie van de verzwegen omzet.

Volgens de rechtbank heeft de inspecteur de verzwegen (zwarte) omzet niet aannemelijk gemaakt. Dat betekende dat de beroepen tegen de navorderingsaanslag en de naheffingsaanslagen omzetbelasting gegrond waren. Hof Arnhem-Leeuwarden heeft het hoger beroep van de inspecteur afgewezen. Anders dan de inspecteur veronderstelt, betekent de constatering van betaling van zwarte lonen niet dat daar niet geboekte omzet tegenover staat. Er kan niet worden uitgesloten dat de zwarte lonen zijn voldaan uit verantwoorde (zwarte) omzet, maar anders dan als loonkosten in de boekhouding zijn verantwoord. Uit het controlerapport blijkt niet dat is gecontroleerd of die andere wijze van boeking zich kan hebben voorgedaan. De inspecteur heeft de gestelde bedragen aan zwarte omzet niet aannemelijk gemaakt en daarmee ook niet dat een gedeelte daarvan als uitdeling van winst aan de dga ten goede is gekomen.

 
Forfaitaire rendementen en heffingvrij vermogen 2019Inkomstenbelasting

 

In een brief aan de Tweede Kamer heeft de staatssecretaris van Financiën de forfaitaire rendementen per vermogensschijf en de hoogte van het heffingvrij vermogen in box 3 voor 2019 bekend gemaakt. Het heffingvrije vermogen wordt volgens het indexatiemechanisme voor 2019 verhoogd naar € 30.360.

Rendement per vermogensschijf

 Van € 0 tot en met € 71.650

Van € 71.651 tot en met € 989.736

Meer dan € 989.736

Weging sparen

67%

21%

0%

Weging beleggen

33%

79%

100%

2017

2,87%

4,60%

5,39%

2018

2,02%

4,33%

5,38%

2019

1,94%

4,45%

5,60%


Met ingang van 2018 wordt voor de bepaling van het forfaitaire rendement op sparen beter aangesloten bij het actuele rendement. Het spaarrendement wordt vastgesteld aan de hand van de meest recente beschikbare periode van twaalf maanden. Dat is de periode van juli in het jaar (t-2) tot en met juni van het jaar (t-1). Het forfaitaire rendement voor sparen voor 2019 is vastgesteld op 0,13%.

Het forfaitaire rendement voor beleggen is het gewogen gemiddelde van het langetermijnrendement van het voorgaande jaar en het jaarrendement van het daaraan voorafgaande jaar. Het langetermijnrendement van het voorgaande jaar telt mee voor 14/15e deel en het jaarrendement voor 1/15e deel. Door de stijging van de huizenprijzen en van de aandelenkoersen komt het rendement voor beleggingen voor 2019 uit op 5,60%.

 
Geen uitzondering op verhoging laag tarief btwOmzetbelasting

 De staatssecretaris van Financiën is niet van plan om een uitzondering te maken op de voorgenomen verhoging van het lage btw-tarief. Dat zegt hij in antwoord op Kamervragen. Het lage tarief geldt voor eerste levensbehoeften, waaronder leidingwater. De vragenstellers wilden van de staatssecretaris weten hoe hij staat tegenover het niet toepassen van de tariefsverhoging voor drinkwater. De staatssecretaris is ook niet van plan om de belasting op leidingwater te verlagen of af te schaffen. De belasting op leidingwater wordt geheven van leveranciers van leidingwater. Het tarief in 2018 is € 0,339 per m3.

 
Verkoop certificaten tegen lage prijs geen schenkingSuccessiewet

 

Schenkbelasting wordt geheven over de waarde van alles wat door een schenking wordt verkregen van iemand die in Nederland woont. Een schenking is een handeling waardoor een ander ten koste van het vermogen van de schenker wordt verrijkt vanuit een oogpunt van vrijgevigheid. Vrijgevigheid houdt niet alleen de bewustheid van de bevoordeling in, maar ook de wil tot verrijking van de andere partij.

De Belastingdienst was van mening dat zich bij de verkoop van certificaten van aandelen tussen voormalige echtgenoten een schenking had voorgedaan. De certificaten hadden volgens het echtscheidingsconvenant een intrinsieke waarde die veel hoger was dan de koopsom van € 1 miljoen. Om die reden had de advocaat van de ex-echtgenote haar afgeraden de certificaten te verkopen. De ex-echtgenote had echter financiële problemen en had daarom ingestemd met het bod van haar ex-echtgenoot. Volgens de rechtbank heeft de Belastingdienst niet aannemelijk gemaakt dat de ex-echtgenote de wil had om haar ex-man te bevoordelen. Voor het bestaan van de wil tot bevoordeling is meer nodig dan dat de ex-echtgenote de bevoordeling van haar ex-man voor lief heeft genomen. Omdat niet aan het wilsvereiste is voldaan, was van een schenking geen sprake. De aaanslag schenkbelasting was ten onrechte aan de ex-man opgelegd. De rechtbank heeft de aanslag vernietigd.

 
Aanpassing subsidie rijksmonumentenSubsidies

 

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft naar aanleiding van een debat met de Tweede Kamer de concept-subsidieregeling voor rijksmonumenten aangepast. Dat is gebeurd naar aanleiding van een tweetal moties. Als gevolg daarvan is de minimumdrempel van € 1.000 vervallen, is de reikwijdte van de regeling uitgebreid en het subsidieplafond verhoogd van € 40 naar € 45 miljoen. De regeling geldt nu voor particuliere eigenaren van een rijksmonument met een woonfunctie, ongeacht of zij zelf in dat rijksmonument wonen.

Naast de subsidieregeling voor rijksmonumenten-woonhuizen is er de subsidieregeling instandhouding monumenten. De minister verwacht dat een deel van de eigenaren van rijksmonumenten gebruik zal maken van deze regeling, ook al zouden zij een beroep kunnen doen op de regeling voor rijksmonumenten-woonhuizen. De subsidie van de regeling instandhouding monumenten bedraagt 60%. Het budget voor deze regeling wordt verhoogd.

 

Hopelijk heeft u de opgenomen artikelen als interessant en nuttig ervaren.


Wilt u op de hoogte blijven van actueel nieuws? Volg ons op LinkedIn via Remmerswaal en mis geen belangrijk nieuws. Ook interesse voor nieuws van onze loonadviseurs volg dan ons op LinkedIn via RemmerswaalLoon.

 



Met vriendelijke groet,

Remmerswaal Accountants & Adviseurs

U ontvangt deze e-mail van Remmerswaal Accountants & Adviseurs
Wilt u liever geen e-mail meer ontvangen op dit e-mailadres, klik dan hier om u af te melden.
www.remmerswaal.nlinfo@remmerswaal.nl