Van: "Remmerswaal Accountants & Adviseurs" <info@remmerswaal.nl>
Aan: "Jan Scherpenisse - Remmerswaal Accountants & Adviseurs" <scherpenisse@remmerswaal.nl>
Datum: 10-09-15 12:23:35
Onderwerp: Nieuwsbrief Remmerswaal Accountants & Adviseurs - 2015-09-10

Remmerswaal
donderdag, 10 september 2015
Geachte relatie,

Met deze mail ontvangt u een nieuwe uitgave van onze digitale nieuwsbrief, de editie van de maand september.

Wij willen u hiermee informeren over mogelijk voor u van belang zijnde actualiteiten en ontwikkelingen. Mocht u meer informatie over een of meerdere onderwerpen willen ontvangen en/of een vraag over een specifiek artikel hebben, dan kunt u nartuurlijk altijd contact opnemen met uw Remmerswaal-adviseur. U kunt nog meer nieuwsitems vinden op onze site www.remmerswaal.nl. Daar treft u ook algemene informatie over onze organisatie aan.

Wij wensen u veel leesplezier.

Deze nieuwsbrief bevat de volgende items:


Eigen woning en verblijf in buitenland
Kan mijn BV mijn eigenwoninglening aflossen bij de bank?
Geen bezwaar mogelijk tegen beschikking einde fiscale eenheid btw
Is de btw op een kassabon aftrekbaar?
Vraag uw buitenlandse btw terug
Ontbinding via kantonrechter
Vrijgesteld schenken aan studerende kinderen
Een huisje over de grens erven
Huwelijkse voorwaarden en verrekenen
 
Eigen woning en verblijf in buitenlandInkomstenbelasting

 

De regeling voor de eigen woning in de inkomstenbelasting blijft van kracht wanneer de woning tijdens een periode van uitzending naar het buitenland wordt aangehouden. Voorwaarde is dat de woning niet aan een derde ter beschikking wordt gesteld tijdens de periode van afwezigheid. De aanwezigheid van een kraakwacht in de woning ontneemt de woning niet het karakter van eigen woning.

De rechtbank Den Haag heeft onlangs een zaak behandeld van een woningeigenaar die gedurende enkele jaren naar het buitenland was uitgezonden door zijn werkgever. Aanvankelijk bleef zijn jongste zoon in de woning wonen. In verband met zijn studie verliet de jongste zoon de woning en betrok de woning van zijn oudere broer. De oudere broer verhuisde naar de ouderlijke woning. De oudere broer woonde niet meer bij zijn ouders op het moment waarop vader werd uitgezonden. Volgens de rechtbank was vanaf dat moment geen sprake meer van een eigen woning. Omdat de oudste zoon niet meer tot het huishouden van de ouders behoorde ten tijde van hun vertrek naar het buitenland, gold hij als een derde aan wie de woning ter beschikking was gesteld. Volgens de rechtbank was geen sprake van het aanstellen van een kraakwacht. De oudste zoon had de woning betrokken in het kader van een woningruil met zijn jongere broer in verband met diens studie. De oudste zoon had de beschikking over de hele woning.

De situatie in de door de rechtbank behandelde zaak week af van de situatie die speelde in een arrest van de Hoge Raad uit 2013. Daar was een student als kraakwacht aangesteld. Deze student had het gebruik van een logeerkamer in de woning. De kraakwacht betaalde geen huur maar alleen een bijdrage in de energiekosten. Het verblijf in de woning van de kraakwacht hield verband met de met hem overeengekomen werkzaamheid. In dat geval blijft de eigenwoningregeling van toepassing omdat de woning niet aan een derde ter beschikking is gesteld.

 
Kan mijn BV mijn eigenwoninglening aflossen bij de bank?Inkomstenbelasting

 

Ik heb 100% van de aandelen in een BV. De BV beschikt over een flink bedrag op de bankrekening. Daarnaast heb ik in 2011 een woning gekocht en voor € 500.000 een aflossingsvrije lening bij de bank afgesloten. De rente op deze lening bedraagt 5% en staat voor 10 jaar vast. Ik mag jaarlijks 20% van het oorspronkelijke leningsbedrag boetevrij aflossen.

Ik wil de boete wegens vervroegd aflossen voorkomen en jaarlijks 20% van de lening door mijn BV laten aflossen. Mijn BV leent dit bedrag dan vervolgens weer aflossingsvrij aan mij. Kan dit fiscaal of verlies ik mijn recht op renteaftrek?

Ja, dat kan. U behoudt uw recht op renteaftrek.

Voor een eigenwoninglening geldt vanaf 2013 dat de rente in principe alleen aftrekbaar is als de lening in maximaal 30 jaar volledig en ten minste annuïtair wordt afgelost. Naast de aflossingseis geldt de voorwaarde dat de lening is aangegaan ter verwerving, onderhoud of verbetering van de eigen woning.

Voor een oude eigenwoninglening hoeft u niet aan de eerste voorwaarde, de aflossingseis, te voldoen. Een oude eigenwoninglening is een lening die u op 31 december 2012 al voor uw eigen woning had.

Tip! In een aantal uitzonderingsgevallen wordt een na 31 december 2012 afgesloten lening ook (gedeeltelijk) aangemerkt als oude eigenwoninglening. Neem voor deze specifieke situaties contact met ons op.

Uw lening bij de bank bestond al op 31 december 2012 en wordt dus aangemerkt als oude eigenwoninglening. U hoeft voor deze lening niet te voldoen aan de aflossingseis. Als u de lening bij de bank (gedeeltelijk) oversluit naar uw eigen BV, blijft ook dit deel aangemerkt als oude eigenwoninglening. U hoeft dus ook voor de lening bij uw BV dan niet te voldoen aan de aflossingseis.

Let op! Volgens de wettelijke bepalingen heeft u bij aflossing bij de bank in 2015 tot eind 2016 om zonder aflossingseis een nieuwe lening aan te gaan. Deze ruime tijdsbepaling zegt alleen iets over de aflossingseis. Dit betekent dat u voor de nieuwe lening altijd wel moet kunnen laten zien dat deze is aangegaan ter verwerving, onderhoud of verbetering van de eigen woning.

Tip! Als uw BV de lening rechtstreeks aflost bij de bank zal hierover in ieder geval geen discussie kunnen ontstaan met de Belastingdienst.

 
Geen bezwaar mogelijk tegen beschikking einde fiscale eenheid btwOmzetbelasting

 

De omzetbelasting kent het begrip fiscale eenheid. Wanneer ondernemers in financieel, organisatorisch en economisch opzicht zodanig zijn verweven dat zij een eenheid vormen, worden zij als een fiscale eenheid aangemerkt. Dat gebeurt bij voor bezwaar vatbare beschikking van de inspecteur, al dan niet op verzoek van één of meer van de betrokken ondernemers.

De Belastingdienst deelde bij beschikking mee dat een fiscale eenheid voor de omzetbelasting per 1 januari 2013 zou worden beëindigd. Volgens de Belastingdienst werd niet aan alle voorwaarden voor een fiscale eenheid voldaan. De betrokken ondernemers maakten bezwaar tegen deze beschikking. Het bezwaar werd niet-ontvankelijk verklaard, omdat de beschikking niet voor bezwaar vatbaar was.

Het einde van een fiscale eenheid voor de omzetbelasting is niet afhankelijk van een voor bezwaar vatbare beschikking van de inspecteur. De fiscale eenheid eindigt van rechtswege wanneer niet langer wordt voldaan aan de door de wet gestelde eisen. Volgens de Algemene Wet inzake Rijksbelastingen staat de mogelijkheid van bezwaar en beroep alleen open voor een beschikking die de inspecteur op grond van een bepaling in een belastingwet neemt en die als voor bezwaar vatbaar is aangemerkt. Volgens de rechtbank Den Haag is het bezwaar tegen de beschikking terecht niet ontvankelijk verklaard.

 
Is de btw op een kassabon aftrekbaar?Omzetbelasting

 

Een ondernemer die btw-plichtig is, kan de btw op zijn aankopen als voorbelasting in aftrek brengen. Voorwaarde is dat de btw is vermeld op een factuur die aan de factuureisen voldoet. Een eis is onder andere dat de NAW-gegevens van de afnemer op de factuur zijn vermeld. Op een kassabon staan over het algemeen niet de NAW-gegevens van de afnemer vermeld. Toch kan de btw op deze kassabon onder voorwaarden als voorbelasting in aftrek worden gebracht.

Vereenvoudigde factuur
Als het factuurbedrag (inclusief btw) niet hoger is dan € 100 is het mogelijk om een vereenvoudigde factuur uit te reiken. Een vereenvoudigde factuur moet de volgende gegevens bevatten:

  1. Datum van uitreiking
  2. NAW van de leverancier of dienstverrichter
  3. Welke goederen of diensten zijn geleverd
  4. Het te betalen btw-bedrag of de gegevens aan de hand waarvan dit btw-bedrag kan worden berekend.

Een kassabon voldoet over het algemeen wel aan de gegevens die verplicht zijn voor een vereenvoudigde factuur. Als het bedrag op de kassabon niet hoger is dan € 100 (inclusief btw) kan de btw op deze kassabon als voorbelasting in aftrek komen. U hoeft dan dus niet te vragen om een factuur die voldoet aan alle overige factuureisen.

Let op! Bij leveringen en diensten buiten Nederland kunt u over het algemeen geen vereenvoudigde factuur uitreiken.

Aftrek voorbelasting
Of u de btw op de kassabon volledig in aftrek kunt brengen, is afhankelijk van de leveringen of diensten die u verricht. Zijn deze volledig belast met btw, dan kunt u uw voorbelasting volledig in aftrek brengen. Bij volledig vrijgestelde leveringen of diensten kunt u uw voorbelasting helemaal niet in aftrek brengen. Bij gemengde leveringen of diensten kunt u uw voorbelasting deels in aftrek brengen. Neem voor meer informatie over uw eigen situatie contact met ons op.

Brandstofbonnen
Voor brandstofbonnen van € 100 of meer (inclusief btw) geldt dat de voorbelasting ook aftrekbaar is, ondanks dat de NAW-gegevens van de afnemer ontbreken. Voorwaarde hierbij is dat door de wijze van betalen traceerbaar is wie de afnemer is. Dit kan bijvoorbeeld door met bankpas, creditcard of brandstofpas de brandstof af te rekenen.

 
Vraag uw buitenlandse btw terugOmzetbelasting

 

Heeft u als Nederlandse btw-ondernemer in 2014 btw betaald in een ander EU-Land, dan kunt u deze buitenlandse btw in de regel terugvragen. Wees er op tijd bij en dien uw teruggaafverzoek in bij de Belastingdienst voor 1 oktober 2015. Is uw verzoek te laat, dan krijgt u de btw mogelijk niet meer terug.

Teruggaafverzoek
U kunt de door u betaalde buitenlandse btw terugvragen door een verzoek in te dienen op een speciale website van de Belastingdienst. Dat kan als u voldoet aan de volgende voorwaarden:

  • u bent ondernemer voor de omzetbelasting en uw onderneming is gevestigd in Nederland;
  • u doet geen btw-aangifte in het andere EU-land;
  • u gebruikt de goederen en diensten uit het andere EU-land voor met btw belaste bedrijfsactiviteiten.

Het teruggaafverzoek voor de in 2014 betaalde buitenlandse btw moet bij de Belastingdienst binnen zijn vóór 1 oktober 2015. Voor de speciale internetsite van de Belastingdienst heeft u inloggevens nodig. Heeft u deze nog niet, vraag deze dan eenmalig aan. U ontvangt de inloggegevens van de Belastingdienst binnen vier weken na uw aanvraag.

Let op! Vraagt u de buitenlandse btw terug met eigen software? Dan moet het verzoek vóór 30 september 2015 bij de Belastingdienst binnen zijn.

De Belastingdienst stuurt uw teruggaafverzoek door naar de Belastingdienst in het EU-land waar u de btw terugvraagt. Het terugvragen van de in een ander EU-land betaalde btw kan al voor een btw-bedrag van minimaal € 50 bij een verzoek na afloop van een kalenderjaar. Betreft het een verzoek per kwartaal tijdens het kalenderjaar dan moet het btw-bedrag ten minste € 400 zijn. Komt het btw-bedrag onder deze drempels dan is het aan het EU-land om het teruggaafverzoek al dan niet in behandeling te nemen.

Tip: Ieder EU-land heeft eigen vereisten voor een teruggaafverzoek. Op de website van de Belastingdienst vindt u hierover handige informatie.

 
Ontbinding via kantonrechterArbeidsrecht

 

Wanneer de kantonrechter in een procedure een arbeidsovereenkomst ontbindt, moet hij volgens de wet rekening houden met de geldende opzegtermijn. Deze termijn wordt verkort met de behandelduur van de ontbindingsprocedure. Vervolgens wordt de ontbinding bepaald op het einde van de kalendermaand. De kantonrechter heeft weinig ruimte om een van het wettelijk systeem afwijkende ontbindingstermijn te hanteren.

In een procedure stelde de kantonrechter vast dat de arbeidsverhouding zodanig was verstoord dat ontbinding de enige oplossing was. Er werd verzocht om te ontbinden per 1 januari 2016. Dat stelde de kantonrechter voor een probleem, omdat de opzegtermijn drie maanden was en de uitspraak op 30 juli 2015 werd gedaan. Uitgaande van de opzegtermijn, verminderd met de behandelduur van twee weken zou de ontbinding in beginsel per 16 oktober worden uitgesproken. Omdat de wet voorschrijft dat ontbonden moet worden tegen het einde van de maand, kwam de kantonrechter uit op 31 oktober 2015 als ontbindingsdatum.

Onderdeel van het verzoek tot ontbinding was te bepalen dat de werkgever aan de werknemer een tussen hen overeengekomen beëindigingsvergoeding van € 23.000 moest betalen. De wet biedt de kantonrechter slechts de mogelijkheid om een transitievergoeding of een billijke vergoeding toe te kennen. Op grond van het Besluit overgangsrecht transitievergoeding was in deze situatie geen transitievergoeding verschuldigd. Toekenning van een billijke vergoeding aan een werknemer is alleen aan de orde als sprake is van ernstig verwijtbaar handelen van de werkgever. Dat deed zich hier niet voor.
Volgens de kantonrechter dienden beide delen van het verzoek te worden afgewezen. De kantonrechter hield zijn beslissing aan en bepaalde een mondelinge behandeling.

 
Vrijgesteld schenken aan studerende kinderenSuccessiewet

 

Het verdwijnen van de basisbeurs in het hoger onderwijs plaatst veel ouders voor de vraag of extra bijspringen nodig is. Het Nibud meldt dat het in het nieuwe systeem heel lastig is om een studerend kind schuldenvrij te houden. Stel, uw zoon studeert aan de universiteit en woont op kamers. Hoeveel kunt u uw zoon geven zonder dat hij schenkbelasting moet betalen?

Het standaardbedrag dat u vrijgesteld mag schenken is € 5.277 (2015). U kunt dat bedrag jaarlijks schenken aan uw zoon, zonder dat hij daarvoor aangifte schenkbelasting hoeft te doen. Is uw zoon tussen 18 en 40 jaar, dan kunt u in één kalenderjaar vrijgestelde schenkingen doen tot een bedrag van € 25.322 (2015). De reguliere vrijstelling van € 5.277 is in dat jaar dan niet van toepassing.

Let op! Uw zoon moet bij de verhoogde schenkingsvrijstelling binnen twee maanden na afloop van het kalenderjaar aangifte schenkbelasting doen bij de belastingdienst.

Voor woningschenkingen en schenkingen voor dure studies kunt u uw zoon zelfs in één kalenderjaar maximaal € 52.752 (2015) vrijgesteld schenken. Dat is alleen mogelijk als de studie ten minste € 20.000 per jaar kost, exclusief levensonderhoud zoals huisvestingskosten. Voor deze vrijstelling moet u naar de notaris, want de schenking moet notarieel zijn vastgelegd. Die akte moet voldoen aan bepaalde voorwaarden.

Let op! In de akte moet onder andere staan dat de schenking vervalt als het bedrag niet binnen twee jaar na het jaar van de schenking is besteed aan de studie.

Doet u een vrijgestelde studieschenking, dan moeten u en uw zoon bonnetjes bijhouden, waarmee u aantoont dat de schenking daadwerkelijk is gebruikt voor de opleiding of studie.

Let op! Deze vrijstelling geldt alléén voor de financiering van een nieuwe studie of opleiding, dus niet voor de aflossing van bestaande studieschulden.

De eenmalig verhoogde vrijstelling van € 52.752 (2015) geldt ook voor een woningschenking, maar kan slechts in één kalenderjaar gebruikt worden. Kies dus of u schenkt voor de woning of een dure studie. Voldoet de studie niet aan de voorwaarden van de vrijstelling, overweeg dan een woningschenking.

Tip! Wilt u dat uw kind ook een bedrag van u krijgt dat hij niet hoeft te besteden aan zijn studie? Dan kunt u het vrijgestelde bedrag van € 52.752 ook splitsen. Doe dan in één kalenderjaar een ‘gewone’ verhoogde vrijgestelde schenking van maximaal € 25.322 en de vrijgestelde studieschenking tot een bedrag van maximaal € 27.432.

 
Een huisje over de grens ervenSuccessiewet

 

De Erfrechtverordening is op 17 augustus van kracht geworden. Dat is goed nieuws voor Nederlanders met een huis over de grens. De Erfrechtverordening bepaalt dat voor alle EU-landen, behalve Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk, het erfrecht van het land waar de overledene zijn gewone verblijfplaats heeft, van toepassing is. Ook zonder aanpassing van het testament geldt het Nederlandse erfrecht dus voortaan ook voor uw huis in bijvoorbeeld Frankrijk.

Tot nu toe was dat niet zo. Omdat de erfrechtelijke positie van de langstlevende partner in Frankrijk minder sterk is dan in Nederland, kon dat - zeker bij tweede huwelijken - vervelend uitpakken. Veel mensen wisten dat wel, maar kwamen er toch slecht toe dit te regelen. Door de Erfrechtverordening is dit in veel gevallen niet direct noodzakelijk meer.

 
Huwelijkse voorwaarden en verrekenenCiviel recht

 

Ik ben ondernemer en ben onder huwelijkse voorwaarden getrouwd omdat we het ondernemersrisico zoveel mogelijk willen beperken. We zouden daarom onze inkomsten jaarlijks moeten verrekenen, maar we hebben dat eigenlijk nooit gedaan. Wat is daarvan het risico?

U loopt het risico dat u bij een echtscheiding het vermogen moet verdelen alsof u in gemeenschap van goederen bent gehuwd. U kunt dat voorkomen door de verrekening alsnog op te (laten) stellen en samen met uw echtgenoot te ondertekenen.

Hoe zit het precies? De meeste huwelijkse voorwaarden bevatten de afspraak dat de inkomsten periodiek moeten worden verrekend. Als echtgenoten niet verrekenen, dan wordt het vermogen geacht te zijn gevormd uit inkomen dat verrekend had moeten worden. In feite komt het er dan op neer dat het vermogen moet worden verdeeld alsof er sprake is van een huwelijksgoederengemeenschap.

Let op! Hoog op de lijstjes van de top 10 van de meest stressvolle gebeurtenissen staat echtscheiding. Volgens CBS-cijfers ligt het echtscheidingspercentage op 38%. Zorg er daarom voor dat u uw zaakjes goed geregeld heeft, ook al is er geen vuiltje aan de lucht.

Tip: Voorkom discussies. Laat geregeld uw accountant de periodieke verrekening maken en onderteken deze. Daarmee geven u en uw partner uitvoering aan de periodieke verrekening.

 

Hopelijk heeft u de opgenomen artikelen als interessant en nuttig ervaren.


Met vriendelijke groet,

Remmerswaal Accountants & Adviseurs

U ontvangt deze e-mail van Remmerswaal Accountants & Adviseurs
Wilt u liever geen e-mail meer ontvangen op dit e-mailadres, klik dan hier om u af te melden.
www.remmerswaal.nlinfo@remmerswaal.nl