Van: "Remmerswaal Accountants & Adviseurs" <info@remmerswaal.nl>
Aan: "Jan Scherpenisse - Remmerswaal Accountants & Adviseurs" <scherpenisse@remmerswaal.nl>
Datum: 19-09-14 17:00:10
Onderwerp: Nieuwsbrief Remmerswaal Accountants & Adviseurs - special Miljoenennota 2014-09-19

Remmerswaal
vrijdag, 19 september 2014
Geachte relatie,

Met deze mail ontvangt u een nieuwe uitgave van onze digitale nieuwsbrief, de editie van de maand september.

Wij willen u hiermee informeren over mogelijk voor u van belang zijnde actualiteiten en ontwikkelingen. Mocht u meer informatie over een of meerdere onderwerpen willen ontvangen en/of een vraag over een specifiek artikel hebben, dan kunt u nartuurlijk altijd contact opnemen met uw Remmerswaal-adviseur. U kunt nog meer nieuwsitems vinden op onze site www.remmerswaal.nl. Daar treft u ook algemene informatie over onze organisatie aan.

Wij wensen u veel leesplezier.

Deze nieuwsbrief bevat de volgende items:


Heffingskortingen
Tarieven IB en LB
Maatregelen eigen woning
Gebruikelijk loon
Werkkostenregeling
Levensloopregeling
Kindgebonden budget
Aftrek buitenlandse boete
Maatregelen Prinsjesdag op een rij
Uitkering van uw stamrecht in delen
Btw-teruggaaf ook mogelijk op ander bankrekeningnummer
 
HeffingskortingenMiljoenennota

 

Diverse heffingskortingen in de loon- en inkomstenbelasting worden aangepast in het Belastingplan 2015.

Arbeidskorting
De arbeidskorting, een extra heffingskorting voor werkenden, begint bij een bepaalde hoogte van het inkomen te dalen. Deze zogenaamde afbouwgrens van de arbeidskorting gaat volgend jaar omhoog om werken lonender te maken. Het maximum van de arbeidskorting was overigens door het Belastingplan 2014 al verhoogd.

Algemene heffingskorting
Ook de algemene heffingskorting begint na het bereiken van zijn maximum bij een zeker inkomen te dalen. Het percentage waarmee de algemene heffingskorting daalt wordt verhoogd en bedraagt 2,32% in 2015 en op 3,32% in de jaren daarna.

Ouderentoeslag en ouderenkorting
Eerder was al bekend geworden dat de ouderentoeslag in box 3 wordt afgeschaft en dat de ouderenkorting in 2016 wordt verlaagd met € 83. De ouderenkorting bedraagt in 2014 € 1.032 bij een inkomen tot € 35.450 en € 150 bij een hoger inkomen. De ouderentoeslag in box 3 geldt voor ouderen met een inkomen in box 1 van maximaal € 19.895 en een grondslag voor box 3 van maximaal € 279.708. Voor deze groep wordt het heffingvrije vermogen in box 3 verhoogd met maximaal € 27.984. Door de afschaffing van de ouderentoeslag met ingang van 2016 worden zij voor wat betreft het heffingvrije vermogen in box 3 gelijk behandeld als overige belastingplichtigen.

 
Tarieven IB en LBMiljoenennota

Het tarief in de eerste schijf van de loon- en inkomstenbelasting gaat met 0,25% omhoog van 5,1% naar 5,35%. Dat wordt als lastenverlichting aangekondigd omdat eerder was besloten dat dit tarief hoger zou zijn. Het tarief inclusief premieheffing in de eerste schijf komt in 2015 uit op 36,5%.

 
Maatregelen eigen woningMiljoenennota

 Een van de maatregelen die is getroffen om de woningmarkt te verbeteren is het toestaan van de aftrek van rente op restschulden die zijn overgebleven na de verkoop van een eigen woning voor een lager bedrag dan de hypotheekschuld. De periode van aftrek wordt verlengd van tien jaar naar vijftien jaar. Daarnaast worden twee als tijdelijk bedoelde faciliteiten nu structureel gemaakt. Het gaat om de verlenging van de termijn waarin hypotheekrenteaftrek mogelijk is voor een lege en te koop staande voormalige of een leegstaande toekomstige eigen woning van twee naar drie jaar. Ook de regeling die hypotheekrenteaftrek mogelijk maakt voor een voormalige eigen woning die leegstaat na een periode van verhuur wordt nu definitief.

 
Gebruikelijk loonMiljoenennota

 

De gebruikelijkloonregeling is van toepassing op mensen die werken voor een BV waarin zij of hun partner een aanmerkelijk belang hebben. In het merendeel van de gevallen gaat het om een dga. De regeling wordt volgend jaar duidelijker omschreven in de wet. Met ingang van 1 januari 2015 geldt als hoofdregel dat het loon van een dga ten minste gelijk moet zijn aan het hoogste van de volgende bedragen:

  1. 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking;
  2. het hoogste loon van de overige werknemers van de vennootschap;
  3. € 44.000.

De BV heeft de mogelijkheid van tegenbewijs door aannemelijk te maken dat het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking lager is. Zolang het loon niet lager wordt dan € 44.000 mag rekening worden gehouden met de doelmatigheidsmarge. Vorig jaar was al duidelijk geworden dat deze doelmatigheidsmarge, dat is de mate waarin het loon van de dga lager mag zijn dan het loon van een vergelijkbare werknemer zonder aanmerkelijk belang, zou worden beperkt. Nu wordt voorgesteld om deze marge van 30% terug te brengen naar 25%.

Omdat de Belastingdienst met veel BV’s afspraken heeft gemaakt over het loon van de dga geldt voor 2015 een overgangsregeling. Die komt erop neer dat het loon van de dga in 2015 gesteld wordt op 75/70 keer het loon van 2013 mits dit hoger was dan € 43.000, tenzij een hoger of lager bedrag in 2015 aannemelijk is.

Het begrip “meest vergelijkbare dienstbetrekking” vervangt het huidige begrip “soortgelijke dienstbetrekking”. In de praktijk is gebleken dat het lastig is om een “soortgelijke dienstbetrekking” aan te wijzen. Het gevolg daarvan kan zijn dat het loon op € 44.000 gesteld wordt, terwijl duidelijk is dat dit bedrag onzakelijk laag is. Onder de huidige regeling kan worden aangesloten bij het hoogste loon van de andere werknemers van de BV of van een BV waarin de BV van de dga een belang van een derde of meer heeft. Dat leidt bij grotere samenwerkingsverbanden soms tot bewijsproblemen voor de Belastingdienst. Daarom kan voortaan rekening worden gehouden met het loon van alle werknemers die werken voor een maatschappij waaruit de BV van de dga met toepassing van de deelnemingsvrijstelling voordelen kan genieten.

Er komt geen aparte gebruikelijkloonregeling voor starters.

 
WerkkostenregelingMiljoenennota

 

De per 1 januari 2011 ingevoerde werkkostenregeling voor vergoedingen en verstrekkingen in de loonsfeer geldt met ingang van 2015 verplicht. De mogelijkheid om te kiezen voor de oude regeling van vrije vergoedingen en verstrekkingen vervalt dan. De werkkostenregeling is bedoeld als vereenvoudiging van de regelgeving. Eerder werden al vijf aanpassingen van de regeling aangekondigd om de geconstateerde knelpunten van de regeling weg te nemen. Het gaat om de invoering van:

  1. het noodzakelijkheidscriterium;
  2. de jaarlijkse afrekensystematiek;
  3. een concernregeling;
  4. een vrijstelling voor branche-eigen producten;
  5. het vervallen van het onderscheid tussen vergoedingen en verstrekkkingen.

Noodzakelijkheidscriterium
Het noodzakelijkheidscriterium houdt in dat een werkgever bepaalde voorzieningen, die hij voor de bedrijfsvoering noodzakelijk acht, aan de werknemer kan vergoeden of verstrekken zonder fiscaal rekening te hoeven houden met een privévoordeel van de werknemer. Om misstanden te voorkomen geldt het noodzakelijkheidscriterium alleen voor gereedschappen, computers, mobiele communicatiemiddelen en dergelijke apparatuur. Er zal naar de omstandigheden van het geval worden beoordeeld of aan het noodzakelijkheidscriterium is voldaan. Het oordeel over noodzakelijkheid van de werkgever wordt geobjectiveerd met behulp van de al bestaande redelijkheidstoets.

Afrekensystematiek
De werkgever hoeft niet meer per tijdvak te controleren of de vrije ruimte wordt overschreden. Na afloop van het kalenderjaar kan de werkgever voor alle vergoedingen en verstrekkingen uit dat jaar in één keer toetsen of de vrije ruimte wordt overschreden en de eventueel verschuldigde belasting op de aangifte over het eerste tijdvak van het volgende kalenderjaar afdragen. Desgewenst kan een werkgever de loonbelasting al eerder in gedeelten afdragen.

Concernregeling
Door de invoering van de concernregeling wordt het mogelijk om de werkkostenregeling op concernniveau toe te passen. Daarvoor geldt als voorwaarde dat de moedermaatschappij voor 95% of meer eigenaar is van de (klein)dochtermaatschappij(en) gedurende het hele kalenderjaar.

Vrijstelling branche-eigen producten
De oude regeling voor personeelskorting wordt met ingang van 1 januari 2015 in de vorm van een gerichte vrijstelling in de werkkostenregeling opgenomen.

Onderscheid vergoedingen en verstrekkingen
Voor een aantal werkplekgerelateerde voorzieningen die door de werkgever worden verstrekt geldt nu een nihilwaardering. Omdat sommige werkgevers deze voorzieningen liever vergoeden of vanwege een CAO moeten vergoeden, vervalt de nihilwaardering voor de verstrekkingen. Deze wordt vervangen door een gerichte vrijstelling gecreëerd voor werkplekgerelateerde voorzieningen. De vrijstelling geldt zowel voor verstrekkingen, vergoedingen en voor ter beschikking gestelde vergoede voorzieningen. Dat leidt wel tot vergroting van de administratieve vereisten.

Vrije ruimte
Ter financiering van de hiervoor genoemde aanpassingen daalt de vrije ruimte van 1,5% naar 1,2% van de fiscale loonsom. De vrije ruimte is het bedrag waarbinnen aangewezen vergoedingen en verstrekkingen belastingvrij gedaan kunnen worden.

 
LevensloopregelingMiljoenennota

Per 1 januari 2012 is de levensloopregeling voor nieuwe gevallen afgeschaft. Op grond van het overgangsrecht gold in 2013 dat bij volledige opname van het levenslooptegoed slechts 80% werd belast. Wie in 2013 geen gebruik gemaakt heeft van deze regeling krijgt in 2015 een nieuwe kans. De 80%-regeling geldt in 2015 voor maximaal het bedrag van het levenslooptegoed op 31 december 2013.

 
Kindgebonden budgetMiljoenennota

 Het kindgebonden budget is een inkomensafhankelijke tegemoetkoming voor de kosten van kinderen voor gezinnen met lagere inkomens. Het kindgebonden budget daalt met het stijgen van het inkomen van de ouders wanneer dat hoger is dan een bedrag van € 19.767. Het percentage waarmee de uitkering wordt verminderd wordt verlaagd van 7,6% naar 6,75%.

 
Aftrek buitenlandse boeteMiljoenennota

Geldboeten, die zijn opgelegd door de Nederlandse strafrechter, de Nederlandse overheid of een instelling van de Europese Unie zijn in de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting van aftrek uitgesloten. Op dit moment geldt dat niet voor boeten die worden betaald aan een buitenlandse overheid. Dat verandert per 1 januari 2015. Ook aan de aftrekbaarheid van in het buitenland betaalde bedragen ter voorkoming van strafvervolging komt een einde. Om te voorkomen dat buitenlandse boeten als eindheffingsbestanddeel worden aangewezen en bij de werknemer niet tot belastingheffing zouden leiden, wordt de loonbelasting op dit punt ook aangepast.

 
Maatregelen Prinsjesdag op een rijMiljoenennota

 

De economie toont voorzichtige tekenen van herstel, maar dit is nog broos. Voorzichtigheid is geboden en dat vertaalt zich in het op Prinsjesdag door het kabinet aangeboden Belastingplan voor 2015. De belangrijkste maatregelen hebben we alvast voor u op een rij gezet.

Let op! Welke plannen er uiteindelijk doorgaan hangt af van wat er de komende maanden in de Tweede en Eerste Kamer wordt beslist.

Lastenverlichting op arbeid
Het belastingtarief in de 1e schijf gaat per 1 januari 2015 bescheiden omhoog van 36,25% naar 36,5%. Aanvankelijk was voorzien in een verhoging naar 36,76%, maar dit gaat niet door. Om ervoor te zorgen dat werken meer loont gaat de arbeidskorting verder omhoog naar maximaal € 2.220 (2014: € 2.097).

Ondersteuning woningmarkt
Om de doorstroming op de woningmarkt te bevorderen wordt de maximale periode voor de aftrek van rente op een restschuld na verkoop van de eigen woning, verlengd van 10 jaar naar 15 jaar. Ook voor mensen met dubbele woonlasten is goed nieuws te melden. De termijn voor de dubbele hypotheekrenteaftrek voor de huidige leegstaande woning die te koop staat en de nieuwe woning wordt definitief verlengd van 2 naar 3 jaar. Ook de regeling herleving van hypotheekrenteaftrek na verhuur van een voormalige eigen woning, wordt structureel. Tot slot wordt het lage btw-tarief van 6% op arbeidskosten bij renovatie en herstel van bestaande woningen (ouder dan twee jaar) verlengd tot 1 juli 2015.

Einde aftrekbaarheid buitenlandse geldboetes
Het is volgend jaar niet meer mogelijk om buitenlandse geldboetes in aftrek te brengen. Dat geldt ook voor verkeersboetes, mededingings- en milieuboetes.

Aanpassing gebruikelijk loon
Bent u directeur-grootaandeelhouder dan geldt voor u de gebruikelijkloonregeling. In deze regeling wordt onder andere de zogeheten doelmatigheidsmarge verlaagd van 30% naar 25%. Dat kan voor u in 2015 een verplichte salarisverhoging betekenen.

80%-regeling voor opname levenslooptegoed
Heeft u nog een tegoed staan op een levenslooprekening dan kunt u in 2015 gebruik maken van de 80%-regeling als u uw volledige levenslooptegoed dan in één keer opneemt. U betaalt dan belasting over 80% van het tegoed dat op 31 december 2013 op de rekening stond. Het overige tegoed is wel volledig belast. Neemt u het tegoed volgend jaar in één keer op, dan eindigt voor u de levensloopregeling definitief.

Aanpassing ouderenkorting en afschaffing ouderentoeslag
Met ingang van 2016 wordt de ouderentoeslag in box 3 afgeschaft. Nu geldt voor ouderen met een 'klein' inkomen in box 3 nog een verhoging van het belastingvrije vermogen van maximaal € 27.984 (ouderentoeslag). Daarnaast wordt met ingang van 2016 de ouderenkorting € 83 lager.

Opname lijfrente bij arbeidsongeschiktheid
Raakt u als zzp’er arbeidsongeschikt dan krijgt u de mogelijkheid om uw lijfrenteaanspraak eerder op te nemen. U bent dan geen revisierente verschuldigd en u kunt zo voorzien in inkomen bij arbeidsongeschiktheid. De ontvangen afkoopsom hoort wel tot uw box 1-inkomen en er gelden een aantal voorwaarden. Zo moet sprake zijn van langdurige arbeidsongeschiktheid en u mag de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet hebben bereikt.

Extra informatie over bankrekeningen
Met ingang van 1 december 2013 betaalt de Belastingdienst teruggaven inkomstenbelasting en toeslagen uit op één bankrekening die op naam staat van degene die recht heeft op een teruggaaf of toeslag. In verband met deze eenbankrekeningmaatregel moeten banken meer informatie aan de Belastingdienst gaan verstrekken over bankrekeningen. Daarbij moet u denken aan uw NAW-gegevens en uw geboortedatum, eventueel onder vermelding van uw burgerservicenummer. Banken krijgen de wettelijke bevoegdheid om burgerservicenummers in hun interne administratie te gebruiken.

Maatregelen die dit jaar eindigen
Tot slot komt een aantal maatregelen die dit jaar gelden, volgend jaar niet meer terug.

  • De tijdelijke verlaging van het box 2-tarief van 25% naar 22%. Volgend jaar geldt weer het tarief van 25% in box 2.
  • Wie in 2015 vermogen uit een stamrecht in één keer laat uitkeren, kan geen gebruik meer maken van de 80%-regeling. Het in één keer laten uitkeren van een stamrechtaanspraak is dan volledig belast.
  • Op 1 januari 2015 eindigt de tijdelijk verruimde schenkingsvrijstelling van € 100.000 voor de eigen woning.
  • De werkkostenregeling wordt met ingang van 1 januari 2015 verplicht. U kunt dan niet meer kiezen voor het ‘oude’ systeem van vergoedingen en verstrekkingen in de loonbelasting.

 
Uitkering van uw stamrecht in delenInkomstenbelasting

 

Heeft u in het verleden ooit een ontslagvergoeding (gouden handdruk) ontvangen in de vorm van een stamrecht en dit ondergebracht bij uw bv, een bank, beleggingsinstelling of verzekeraar, dan mag u vanaf dit jaar de stamrechtaanspraak in één keer opnemen. Recent is duidelijk geworden dat u het stamrecht ook in delen vervroegd mag laten uitkeren.

Stamrecht opnemen
Per 1 januari 2014 is de stamrechtvrijstelling voor nieuwe stamrechten afgeschaft. Voor bestaande stamrechten blijft de vrijstelling bestaan. Sinds dit jaar heeft u de mogelijkheid om uw stamrechtaanspraak ook in één keer op te nemen tegen de volledige waarde in het economische verkeer. Doet u dat dit jaar, dan hoeft u slechts over 80% van de uitkering belasting te betalen. Bovendien bent u geen (20%) revisierente verschuldigd over de waarde van het stamrecht.

Ook na 2014 kunt u uw stamrechtaanspraak in één keer laten uitkeren. Deze wordt dan wel voor 100% belast, maar ook dan bent u géén revisierente meer verschuldigd.

Let op! De 80%-regeling geldt alleen voor stamrechten waarvan de werkgever de ontslaguitkering in ieder geval vóór 15 november 2013 heeft overgemaakt naar bijvoorbeeld een professionele verzekeraar of de stamrecht-bv.

In plaats van een uitkering in één keer, kunt u ook besluiten om uw stamrecht vervroegd in delen te laten uitkeren tegen de waarde in het economische verkeer. Ook dat kan vanaf 1 januari 2014. Een gedeeltelijke uitkering is wel volledig belast. De 80%-regeling is hierop niet van toepassing, maar ook bij een gedeeltelijke uitkering bent u geen revisierente verschuldigd.

Uiteraard is geheel of gedeeltelijke opname van uw stamrechtaanspraak niet verplicht. U kunt ook besluiten om uw stamrecht gewoon volgens de oude regels te continueren. U betaalt dan belasting op het moment dat u een periodieke uitkering uit stamrecht ontvangt.

Tip: Laat u goed informeren of het voor u wel aantrekkelijk is om het stamrecht dit jaar in één keer op te nemen, dan wel uw stamrecht in delen vervroegd te laten uitkeren. Houd er rekening mee dat opname niet altijd mogelijk is wanneer uw stamrecht is ondergebracht bij uw bv. De bv moet namelijk voldoende dekking hebben om de stamrechtaanspraak uit te keren. Daar komt nog bij dat de afkoopwaarde van de stamrechtaanspraak niet eenvoudig te bepalen is. Laat u daarom goed informeren.

 
Btw-teruggaaf ook mogelijk op ander bankrekeningnummerOmzetbelasting

 

Wilt u als ondernemer uw btw-teruggaaf door de Belastingdienst laten uitbetalen op een rekeningnummer dat niet op uw naam staat, dan is dat mogelijk. U moet hiervoor wel een verzoek indienen.

Eenbankrekeningmaatregel
Sinds 1 december 2013 geldt een tenaamstellingsverplichting, wat inhoudt dat de Belastingdienst belastingteruggaven en toeslagen uitsluitend uitbetaalt op het bankrekeningnummer dat op naam staat van degene die recht heeft op de teruggaaf of de toeslag. Deze eenbankrekeningmaatregel ziet ook op de omzetbelasting en zorgt daarmee voor extra administratieve lasten en onbedoelde problemen voor het bedrijfsleven.

Vanaf 1 januari 2015 vervalt daarom de verplichting dat uw btw-teruggaaf alleen op uw rekeningnummer kan worden uitbetaald. De Belastingdienst mag deze teruggaaf dus ook uitbetalen op een ander bankrekeningnummer, zoals het rekeningnummer van een gelieerde vennootschap.

Verzoek uitbetaling
Vanaf 9 september jl. is het echter al mogelijk dat u de btw-teruggaaf door de Belastingdienst laat uitbetalen op een ander bankrekeningnummer dan die van uzelf. U moet hiervoor wel een verzoek indienen en voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • U dient een schriftelijk verzoek in bij het competente kantoor van de Belastingdienst om aanwijzing van een bankrekening op naam van een derde.
  • Bij het verzoek voegt u een verklaring waarin u aangeeft op welke bankrekening de omzetbelastingteruggave moet worden uitbetaald en op wiens naam die bankrekening staat.
  • U doet in het verzoek afstand van uw recht op een beroep op niet bevrijdende betaling.

Tip: Uw verzoek om de btw-teruggaaf uit te laten betalen op het rekeningnummer van een ander kunt u indienen bij uw Belastingkantoor. Uw adviseur kan u hiermee van dienst zijn. Wordt de btw-teruggaaf al uitbetaald op een rekeningnummer dat niet op uw naam staat en is dit correct, dan hoeft u uiteraard geen verzoek te doen.

 

Hopelijk heeft u de opgenomen artikelen als interessant en nuttig ervaren.


Met vriendelijke groet,

Remmerswaal Accountants & Adviseurs

U ontvangt deze e-mail van Remmerswaal Accountants & Adviseurs
Wilt u liever geen e-mail meer ontvangen op dit e-mailadres, klik dan hier om u af te melden.
www.remmerswaal.nlinfo@remmerswaal.nl